zaterdag 23 juni 2007

Inspraak Reactie Jules Biervliet

Mijn naam is Biervliet, ik ben bewoner van de JG-weg en ik ben als anesthesioloog verbonden aan het AMC. Als zodanig heb ik ervaring met het inschatten van gezondheidsrisico’s. Daarover ga ik het hebben: de gezondheidsaspecten van het IBP, ik sluit af met een vraag.

Ik heb hier de Rapportage Luchtkwaliteit, de milieukundige onderbouwing van het IBP, 36 pagina’s tabellen, grafieken emissie, concentraties SO2 NOx CO- benzeen, benzopyrenen, geen allerdaagse kost voor de gemiddelde burger.

Maar de conclusie is duidelijk –ik lees-: het doorvoeren van het pakket aan verkeersmaatregelen heeft een positief effect op de milieukwaliteit in Hilversum. Hoe? zegt het rapport, een verminderde uitstoot van luchtverontreinigende stoffen, het aantal norm-overschrijdingen neemt af. Op grond daarvan kon het IBP de raad passeren.

Wat is de waarde van dit rapport voor de gezondheid, wat zeggen die getallen?, was de vraag van de buurtvereniging. Wat precies is er berekend? Want “gemeten” is er niets. Gefocused op gezondheidsaspecten heb ik de rapportage kritisch onder ogen genomen. Om maar gelijk met mijn conclusie te geven: op dat gebied schiet de rapportage schromelijk tekort. Ik kan dat onderbouwen.

Ik hoor jullie al denken, ik ben bewoner, jullie de overheid.
Inderdaad, het zijn dezelfde getallen, die jullie bekijken als commissie, en ik als dokter. Jullie kijken wat jullie in het rapport aangeboden is, ik kijk naar wat er ontbreekt. Jullie perspectief is staal en rubber, en ik vertaal het naar vlees en bloed, naar gezondheid van mensen. En bedenk wel: strikt genomen is dat de maat van de norm, het enige doel: handhaving van gezondheid.
Nu mijn kritiek? Allereerst: het is een “rapportage”, dus primair retrospectief. Een rapport krijg je aan het eind van het jaar, en zeker niet op de eerste schooldag, dat wist ik al op de lagere school.

Rapportage is geen onderzoek, daarvoor is het veel te mager. Echt onderzoek is methodologisch en statistisch onderbouwd, de validiteit is controleerbaar, data worden gepresenteerd met hun foutenmarges. Al die kwaliteitseisen zijn in het IBP-milieu-rapport volledig onbenoemd.
Het is veel te ingewikkeld om het in een paar minuten uiteen te zetten, beter bewaren we die voor een rechtszaak.

Een aspect kan ik hier wel kort uiteenzetten:

Dit rapport dateert 2005. Over emissie is er vanaf 2000 in medische EN milieukundige litteratuur grote consensus: de allergrootste boosdoener –voor 70 % en meer van alle schade- is niet SO2 NO2 CO benzeen, niet de totale fijnstof, neen, een heel specifiek onderdeel daarvan, het PM 2,5. De moordenaar van de emissie. Wat is bekend? Acute blootstelling aan PM2.5 leidt tot 1700 - 3000 sterfgevallen per jaar hier ten lande, -dus een veelvoud van het aantal verkeerslachtoffers- het gaat vooral om ouderen met hart- en longproblemen. Bij kinderen tast fijn-stof de longfunctie aan.
Dan de langere termijn. De WGO meldt een verminderde levensverwachting van tot drie jaar t.g.v. long- en luchtweg-aandoeningen emfyseem astma longkanker, maar ook cardiovasculaire aandoeningen.

Een vraag aan u: hoe vaak komt PM2,5 in het rapport, deze IBP-onderbouwing voor, benoemd, berekend, of gemeten?
U zwijgt, in dezelfde mate als het rapport! Nul keer, het blijft geheel onbenoemd.

Men zou bijna kwade opzet kunnen vermoeden: ook in de breed aangekondigde emissiemeting op de JG weg is het PM 2,5 niet opgenomen. Het is alsof je longkanker onderzoekt, maar het roken gemakshalve over het hoofd ziet.

Kijk, dat je iets niet weet, dat kan, maar dat je op gebrek aan kennis besluiten neemt met potentieel zwaarwegende gevolgen voor de gezondheid van medeburgers voor wie je verantwoordelijkheid draagt, dat is onethisch, immoreel. Werkelijk adem-benemend.

Mijn vraag:
Hoe denkt de gemeente Hilversum in de uitvoering van het IBP solide garanties te bieden voor de gezondheid van bewoners aan de ringweg, als in de milieukundige onderbouwing de allerschadelijkste factor van emissie -PM2,5- buiten beschouwing gelaten is.

Hoe garandeert Hilversum de gezondheid van haar burgers als zij PM 2,5 stelselmatig verdonkeremaant, de moordenaar onder de emissie.

Deze rapportage eist volledige herbeziening naar de maat van deze tijd, ik doe een dringend beroep op u.


Bijlage:
Artikel Nederlands Tijdschrift van Geneeskunde aangaande FIJNSTOF

Inspraak reactie Roebinia Khodabaks

Als bewoner van Hilversum heb ik natuurlijk baat bij een leefbare en gezonde woonomgeving.
Inmiddels 7 bijeenkomsten verder over de ontwerpplannen van het IBP en mijn bezorgdheid over de toekomst van mijn woonomgeving nam alleen maar toe.
Daarom vraag ik u, wethouder verkeer, raadsleden het volgende te doen:
Met ons, uw burgers, te communiceren over alle gevolgen van de IBP maatregelen. Ik denk daarbij aan:
1. het leefmilieu met de luchtvervuiling en geluidsoverlast
2. en de waarde van de eigendommen, huizen.
Dit alles slechts met één doel, dat wij, geïnformeerd zijn en zo zelf onze keuzes kunnen maken of onze leef/woon situatie gezond is en economisch verstandig.
Ik wil nog opmerken dat de inspraakavonden over de ontwerpen IBP, uitsluitend informatie verschaften over de inrichting van de wegen en niet over de gevolgen van de maatregelen op de leef/woon situatie van ons, de bewoners.
Om het belang van de communicatie met de burgers aan te geven wil ik u verwijzen naar het Dossier VROM Milieu en gezondheid Vraag en antwoord”. U per e-mail toegestuurd.
Hierin wordt gemeld dat de belangrijkste veroorzakers van gezondheidsverlies op milieugebied zijn: luchtverontreiniging en geluidshinder.



Bijlage:
Ministerie van VROM


zoek
Vraag en antwoord
Wat is de invloed van het milieu op onze gezondheid?
Wat zijn de belangrijkste veroorzakers van gezondheidsverlies op milieugebied?
Wat doet de overheid aan het verminderen van gezondheidseffecten door milieufactoren?
Wat is de Nationale Aanpak Milieu en Gezondheid?
Hoe gaat de overheid het binnenmilieu gezonder maken?
Hoe gaat de overheid de communicatie met burgers verbeteren?
Hoe gaat de overheid de lokale leefomgeving gezonder maken?
Hoe gaat de overheid de kennis en informatie over gezondheid en milieu verbeteren?
1. Wat is de invloed van het milieu op onze gezondheid?De gezondheid in Nederland is in de laatste 150 jaar flink verbeterd. Werden mensen rond 1850 gemiddeld niet ouder dan zo'n 35 jaar, nu is die levensverwachting meer dan verdubbeld tot bijna 80 jaar. Voor een deel komt dat door de toegenomen welvaart, betere voeding, gezondere arbeidsomstandigheden en verbeteringen in de gezondheidszorg. Maar ook de verbeterde kwaliteit van de milieuhygiëne heeft zijn steentje bijgedragen aan de hogere levensverwachting van de Nederlander. Voorbeelden hiervan zijn de drinkwatervoorziening, riolering, afvalverwijdering, minder smog en verbetering van het binnenmilieu. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieuhygiëne (RIVM) schat dat ook nu nog 2 tot 5 procent van de gezondheidsklachten van mensen kan worden toegeschreven aan milieufactoren, zoals schadelijke stoffen, luchtvervuiling, geluidsoverlast, et cetera.
2. Wat zijn de belangrijkste veroorzakers van gezondheidsverlies op milieugebied?De afgelopen decennia zijn belangrijke milieuproblemen met succes bestreden, zoals de blootstelling aan water- en luchtverontreiniging door industriële activiteiten. Desondanks zijn er nog steeds milieufactoren die leiden tot (ernstige) effecten op de volksgezondheid, zoals geluidshinder en luchtverontreiniging. Het gaat met name om een drietal veroorzakers van gezondheidsschade:
verontreiniging van de buitenlucht met fijn stof en ozon;
ernstige geluidshinder door verkeer (ook rail en luchtvaart);
verontreiniging van het binnenmilieu met bijvoorbeeld radon, fijn stof (tabaksrook, open haard) en huisstofmijt en schimmels.
3. Wat doet de overheid aan het verminderen van gezondheidseffecten door milieufactoren?Een van de uitgangspunten van het milieubeleid is bescherming van de gezondheid. Op veel beleidsterreinen zijn daarom in de loop der jaren maatregelen genomen om gezondheidsschade door milieufactoren te verminderen. Denk bijvoorbeeld aan de milieu-eisen aan producten, aan het verbod op asbest, aan de maatregelen ter bestrijding van legionella en aan normen voor de maximale concentratie van schadelijke stoffen in bodem, lucht en water. Tussen 2002 en 2006 liep het Actieprogramma Gezondheid en Milieu. Hierin stonden die onderwerpen centraal die extra aandacht nodig hadden, zoals het binnenmilieu. Het actieprogramma krijgt in 2008 een vervolg in de Nationale Aanpak Milieu en Gezondheid. In 2007 lopen nog enkele activiteiten door op het gebied van:
gezond binnenmilieu (zie vraag 5)
(risico)communicatie met burgers (zie vraag 6)
gezonde lokale leefomgeving (zie vraag 7)
kennis en informatie over gezondheid en milieu (zie vraag 8).
Daarnaast worden nieuwe onderwerpen die recent in de aandacht zijn gekomen, zoals mogelijke gezondheidseffecten van klimaatverandering en gezondheidseffecten van milieufactoren voor risicogroepen (bijvoorbeeld ouderen). Deze vervolgactiviteiten maken deel uit van het bestaande beleid. Er is dus geen tweede actieprogramma.
4. Wat is de Nationale Aanpak Milieu en Gezondheid?De Nationale Aanpak Milieu en Gezondheid geeft aan welke speerpunten de overheid heeft op het gebied van Milieu en Gezondheid. Deze aanpak zal zeker voortborduren op acties uit het eerdergenoemde Actieprogramma. Deze Nationale Aanpak wordt in de eerste helft van 2008 gepubliceerd. De Nationale Aanpak heeft tot doel verdere stappen te zetten in het realiseren van een gezonde leefomgeving. Elke vier jaar verschijnt een nota Nationale Aanpak Milieu en Gezondheid. Deze nota zal aansluiten op het vierjaarlijkse EU-actieplan Milieu en gezondheid en de vijfjaarlijkse ministersconferentie van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO). Ook zal de nota aanknopingspunten bieden voor lokaal en regionaal milieu en gezondheidsbeleid.
Ministeries die samenwerken aan dit beleid zijn:
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM)
Wonen, Wijken en Integratie (WWI)
Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)
Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW)
Verkeer en Waterstaat (VenW)
Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW)
Het ministerie van VROM is het coördinerende departement.
5. Hoe gaat de overheid het binnenmilieu gezonder maken?Het binnenmilieu in gebouwen is belangrijk voor een goede gezondheid. Immers, de meeste mensen brengen het grootste deel van de dag in gebouwen door. Van invloed daarbij zijn onder meer: concentraties van schadelijke stoffen in de binnenlucht, geluid, vocht, schimmels, tocht en straling. Naast woonhuizen zal de aandacht zich richten op scholen en kindercentra. Samen met de betrokken maatschappelijke organisaties zal de overheid speerpunten benoemen voor zowel het realiseren van nieuwbouw als het gebruik van bestaande gebouwen. Belangrijk daarbij is dat gekozen wordt voor maatregelen die passend zijn: soms is dat voorlichting (bijvoorbeeld bij ventilatie), soms zijn dat technische oplossingen, soms is dat het stellen van normen, soms is dat het uitoefenen van toezicht en bij falen de handhaving ervan.De eerste nota Nationale Aanpak Milieu en Gezondheid verschijnt in de eerste helft van 2008. Eerder al, najaar 2007, worden kabinetsvisies naar de Tweede Kamer gestuurd over het binnenmilieu in woningen respectievelijk in scholen.
6. Hoe gaat de overheid de communicatie met burgers verbeteren?Mensen willen zelf keuzes kunnen maken in hun leven, ook als het gaat om hun gezondheid. Daarvoor is het belangrijk dat ze goed geïnformeerd zijn. Doel van het kabinet is dan ook om al in 2008 gegevens over de lokale leefomgeving beschikbaar te hebben op het internet. Dit gebeurt in een pilot. Inmiddels zijn de voorbereidingen hiervoor gestart. Begonnen wordt met de themas lucht en geluid. Medewerking van lokale overheden is daarbij van groot belang. Verder is er een webportaal dat informatie biedt aan bewonersgroepen, zodat deze mee kunnen beslissen over de inrichting van hun woonomgeving: http://www.milieuengezondheid.nl.
7. Hoe gaat de overheid de lokale leefomgeving gezonder maken?De omgeving waarin we wonen en werken is veel gezonder dan een eeuw geleden. Toch zijn er nog steeds gezondheidsproblemen die verband houden met het milieu in onze directe leefomgeving: luchtverontreiniging, geluidsoverlast, maar ook overgewicht en te weinig beweging. Er bestaan nu al diverse middelen om de lokale overheid te assisteren in haar beleid op het gebied van milieu en gezondheid:
Een gezondheidschecklist. Deze wordt gebruikt voor milieueffectrapportages (MER) en Strategische Milieu Beoordelingen (SMB). Voor de Richtlijn SMB, zie dossier M.e.r, Wetten en regels.
Een handboek van de gezondheidseffectscreening (GES) Stad en milieu.
Een beoordelingskader milieu en gezondheid. Hiermee worden allerlei aspecten van een milieugezondheidsprobleem variërend van de ernst van de gevolgen tot de effectiviteit van mogelijke maatregelen goed in beeld gebracht. Het beoordelingskader is dus een hulpmiddel om beter zicht op problematiek te krijgen.
Deze middelen moeten toegankelijk worden gemaakt en gestroomlijnd, zodat ze vaker gebruikt worden in het (lokale) beleid. Speciale aandacht is er voor de gezondheid en ontwikkeling van de jeugd (0-19 jaar). Hiervoor is een actieplan opgesteld. Ook is er extra aandacht voor natuur en groen in de leefomgeving. Uit onderzoek blijkt dat mensen meer bewegen (wandelen, fietsen) in een aantrekkelijke, groene omgeving dicht bij huis en de werkplek. Een derde aandachtspunt is het versterken van de medisch-milieukundige zorg (MMK-zorg), met name op lokaal niveau.
8. Hoe gaat de overheid de kennis en informatie over gezondheid en milieu verbeteren?Goede informatie is belangrijk om goed beleid te kunnen maken. Bij het RIVM is daarom een kennis- en informatiepunt milieu en gezondheid (KIP) ingericht dat het beleid ondersteunt, zie http://www.rivm.nl/gezondheidenmilieu. De overheid kan daardoor beter prioriteiten stellen en keuzes maken. Zo houdt een signaleringscommissie bijvoorbeeld goed in de gaten welke (nieuwe) milieugezondheidsrisico's zich voordoen.

vrijdag 22 juni 2007

Tekst inspraak reactie Commissie Verkeer en Buurt door Albert Hoogland

Inspraakreactie van Albert J. Hoogland, bewoner Joh. Geradtsweg 52.
Commissievergadering 18 juni 2007
Agendapunt: RONDVRAAG MBT BESLUITVORMING IPB

GRAAG WIL IK EVEN INGAAN OP DE ARGUMENTATIE DIE DE GEMEENTE HANTEERT VOOR HET BESLUIT VOOR HET IPB
DE GEMEENTE HANTEERT DE VOLGENDE REDENERING±
AUTOVERKEER NEEMT AUTONOOM TOE
SLECHTS KLEIN DEEL VAN VERKEER IS MEDIAPARK
KLEIN DEEL IS DOORGAAND
GROOTSTE DEEL IS INWONERS HILVERSUM
ER ZIJN NU EENMAAL WOON/ EN VERKEERSSTRATEN

DUS: TOENAME AUTOVERKEER OP DE RINGWEG IS ONVERMIJDELIJK EN MEDE ONZE EIGEN SCHULD. HET MEDIAPARK SPEELT EEN ONDEGESCHIKTE ROL. DOORSTROMING IS NOODZAKELIJK. DUS: IPB !

DAT IS EEN DROGREDENERING IN DE TREND VAN:
DE MAN PAST IN DE JAS
DE JAS PAST IN DE TAS
DUS DE MAN PAST IN DE TAS

ECHTER DE GEMEENTE KAN OOK ANDERE KEUZEN MAKEN:
ONTMOEDIGEN VAN AUTOVERKEER (ZIE DEN HAAG AUTOLUW)
GEEN UITBREIDING OP MEDIAPARK (MINDER NOODZAAK TOT DOORSTROMING)
AANLEG SPECIALE ONTSLUITING MEDIAPARK
SPREIDING VAN AUTOVERKEER

DE GEMEENTE KIEST HIER ECHTER NIET VOOR! DE RAAD NAM HET IPB AAN!
DAT IS EEN DEMOCRATISCH GENOMEN BESLUIT
IK BEN HET NIET EENS MET DAT BESLUIT EN ZAL ALLE DEMOCRATISCHE MIDDELEN DIE MIJ TER BESCHIKKING STAAN AANWENDEN HET BESLUIT TERUG TE DRAAIEN OF DE NEGATIEVE GEVOLGEN VOOR MIJ TE BEPERKEN

WIJ LEVEN ECHTER NIET ALLEEN IN EEN DEMOCRATIE MAAR OOK IN EEN RECHTSSTAAT. DAARNAAST BEGRIJP IK DAT DE POLITIEK ZEGT NAAR DE BURGERS TE WILLEN LUISTEREN. DAAROM ZOU IK DE VOLGENDE VRAAG AAN DE WETHOUDER WILLEN STELLEN (TWEELEDIG):

IS DE WETHOUDER BEREID ZAKEN TE DOEN MET DE EIGEN BEWONERS OF BEWONERSGROEPERINGEN DIE NADELIGE EFFECTEN ONDERVINDEN VAN BESTEMMINGSPLANWIJZIGINGEN OF VERKEERSBESLUITEN OF DOET DE WETHOUDER DIE ZAKEN ALLEEN MET DE PARTIJEN DIE HANDELEN IN HET VEELGENOEMDE ALGEMEEN BELANG VAN HILVERSUM, NL PROJECTONTWIKKELAARS ZOALS TCN?

EN ZO JA, IS HIJ DAN OOK BEREID DAADWERKELIJKE ONDERHANDELINGEN TE GAAN VOEREN EN UITEINDELIJK AFSPRAKEN TE MAKEN IN DE VORM VAN HARDE TOEZEGGINGEN TAV MILIEU, WOONKLIMAAT, BEREIKBAARHEID ETC. EN EVENTUELE SCHADELOOSSTELLING?

TER VERDUIDELIJKING:
1. AFSPRAKEN GAAT VERDER DAN INSPRAAK
2. BIJ ZAKEN DOEN MOET SPRAKE ZIJN VAN TWEE PARTIJEN DIE BEIDE IETS IN TE BRENGEN HEBBEN. IK DENK DAT DE WETHOUDER AFGELOPEN MAANDAG EEN DUIDELIJK SIGNAAL ONTVANGEN HEEFT VAN WAT DE BEWONERS AAN DE RING IN DE ONDERHANDELING TE BIEDEN HEBBEN!

Tekst Inspraak reactie Voorzitter bewonersvereniging Johannes Geradtsweg Henk Kempink

Geachte Commissie,

Aangezien u het podium vormt waar belangrijke beslissingen worden genomen, lijkt het mij wenselijk gebruik te maken van de rondvraag alvorens u voorgelicht wordt over de maatregelen die voorgesteld worden t.a.v. de verschillende kruispunten op de J. Geradtsweg.

Even wat cijfers vooraf:
De J. Geradtsweg moet in de nabije toekomst 34.000 auto’s per etmaal verwerken. Als je die allemaal in een rijtje zet, vormt zich een file van 272 km. Dit wordt bij verkeersberichten als volgt aangeduid: “De lengte van de file is vandaag langer dan normaal”. En dan hebben we het over de vele files verspreid over heel Nederland. De zogenaamde verkeersdeskundigen van de gemeente Hilversum denken nog steeds dat dat allemaal over de J. Geradtsweg gestouwd kan worden. Daarbij baseren zij zich op verkeersmodellen en de grootste fout hierbij is dat men denkt dat dit soort verkeersmodellen realistische voorspellingen opleveren. Wij hebben contact gezocht met Milieudefensie, te weten de inhoudelijk medewerker Verkeer. Ik citeer wat hij zegt over deze verkeersmodellen:

“Dat verkeersmodellen met dat soort cijfers komen is niet zo vreemd, maar volslagen onrealistisch. Immers, alle huidige in de praktijk gebruikte verkeersmodellen gaan er vanuit dat autoverkeer een volledig vaststaand gegeven is. Alleen de overstap van autoverkeer op openbaar vervoer wordt enigszins gemodelleerd. Maar juist dit effect is in de praktijk volledig insignificant. Kortom: Al die modellen laten verkeer doodleuk een kilometer lange omweg maken naar de “oorspronkelijke” bestemming en dat in dezelfde aantallen als voorheen. Hij besluit met: “Ik zou u hier nog veel meer over kunnen vertellen. Ik heb vier jaar academisch onderzoek naar deze modellen gedaan en enkele jaren commerciële consultancy op dit gebied, ik ken dit soort modellen daardoor van binnen en buiten. Maar voor dit soort toepassingen slaan ze de plank compleet, maar dan ook compleet mis.” Was getekend Roland Kager, inhoudelijk medewerker Verkeer bij Milieudefensie. Wat mij betreft dus een echte deskundige.

Hiermee is wel duidelijk dat de veelgebruikte argumentatie (“volgens het verkeersmodel”) volledig onderuit gehaald wordt en daarmee doch ook de grondslag voor het IBP.
Tevens met het oog op de voorliggende maatregelen t.a.v. de te bespreken kruispunten vanavond is aangetoond dat het niet helpt linksaf en oversteken te verbieden bij de Simon Stevinweg en de Snelliuslaan. Het zal een toename van nog eens 2.800 verkeersbewegingen op de J. Geradtsweg veroorzaken en de doorstroming absoluut niet bevorderen.

Op de laatste inspraakavond hoorde ik een raadslid achter mij zeggen: “Ik hoor niets nieuws”. Daarmee doelend op opmerkingen van bezorgde bewoners. Op zich is dit een juiste constatering, maar ook wij (bewoners) horen niets nieuws. Het zijn elke keer dezelfde ongegronde argumenten die gebruikt worden om zinvolle alternatieven naar de prullenbak te verwijzen, te weten:
- het verkeersmodel zegt….
- de belanghebbenden enz., enz….
- het budget laat het niet toe
- en meer van die dooddoeners

Op deze avond werd de wethouder ook fijntjes gewezen op het feit dat de bewoners niet voorkomen op het lijstje van belanghebbenden. Deze constatering werd gedaan door een jurist uit de buurt van de Insulindelaan. De wethouder probeerde daar wel een draai aan te geven, maar in feite worden bewoners niet als belanghebbenden behandeld. Eenieder weet dat inspraakavonden niet meer zijn dan rituele dansen! In de tijd van de keukentafelgesprekken hebben wij al aangegeven vanaf het begin betrokken te willen zijn bij de planvorming. Dat is willens en wetens niet gebeurd. Nu kunnen we ons achteraf laten horen, maar met de eerder genoemde argumenten en lijstje belanghebbenden bij de hand, is achteraf invloed uitoefenen zinloos!

Tot slot:

Geachte commissieleden,
Nogmaals doe ik een dringend beroep op uw politieke en morele verantwoordelijkheid. Zadel hele woonwijken niet op met onnodige verkeersbewegingen en overlast. Kijk nog eens zeer kritisch naar de voorliggende plannen voor wat betreft de Floris Vosstraat, Simon Stevinweg en Snelliuslaan.

We zijn bereid tot een hernieuwde dialoog, ook met de wethouder uiteraard. Maar dan willen we wel gezien worden als belanghebbende en moet het verkeersmodel niet telkens als tegenargument gebruikt worden.

Ik dank u voor uw aandacht.
H. Kempink
Voorzitter bewonersvereniging J. Geradtsweg

dinsdag 19 juni 2007

Zeer succesvolle en zinvolle inspraak op commissievergadering.

Beste Bloglezers,


Het was gisterenavond weer een bonte bedoeling in de Raadszaal.


De HDM vlaggetjes langs de tribune en een groot spandoek over het adembenemende karakter van de snode IBP plannen sierden de raadszaal. En veel bewoners uit de buurt waren present op de tribune en in het witte anti fijsntof pak gehuld.


Er hadden zich voor deze commissie vergadering 5 insprekers aangemeld:



  1. Henk Kempink, als voorzitter bewonersvereniging Johannes Geradtsweg.

  2. Jules Biervliet: Gezondheidsdeskundige, bewonersvereniging Johannes Geradtsweg.

  3. Roebinia Khodabaks: Bezorgde bewoonster Johannes Geradtsweg

  4. Albert Hoogland: Bezorgde bewoner Johannes Geradtsweg

  5. Frans Anthoni: Hilversum's Derde Macht


De betogen zullen asap op de Blog worden gepubliceerd en zijn meegegaan in de stukken van de vergadering van de commissie.



De resultaten zijn dat wij, bewonersvereniging Johannes Geradtsweg, belanghebbende zijn en als zodanig in het lijstje van de 4 belanghebbenden thuishoren. De heer Boog wil graag de dialoog. Wij willen dit ook, maar wel als 5e belanghebbende.



De wethouder heeft toegezegd om met ons als 5e belanghebbende zaken wil doen. Hierover zullen op korte termijn nadere afspraken moeten worden gemaakt.



De Wethouder heef toegezegd om in zijn metingen van fijstof ook de deeltjes kleiner dan 2,5 micron te gaan meten en rapporteren.



Ook heeft de wethouder toegezegd dat er vóórdat er een definitief besluit zal worden genomen, deze metingen onderdeel uit zullen maken van de stukken ter besluitvorming.



Op vragen van de commissie, als het politieke draagvlak onder de uitvoering van de IBP projecten wegvalt, of de Wethouder dan alternatieven buiten zijn bandbreedte en het keurslijf van de toetsingscriteria zal zoeken wordt door de wethouder ontwijkend gereageerd.



Kortom er zit beweging in het gemeentelijke apparaat. Er begint geluisterd te worden naar onze bezwaren en commentaren.



Hieronder een paar impressies van de raadszaal.



















zaterdag 16 juni 2007

Brief van Gré ten Caat aan de Gemeente Hilversum betreffende het IBP, toegespitst op het Dudok Plantsoen

Aan de politieke partijen in Hilversum.

Geachte heren, dames,

Afgelopen maandag (11 juni 2007) ben ik op een inspraakavond geweest die ging over het IBP - en dan met name over de wijzigingen die doorgevoerd moeten gaan worden bij de afslagen vanaf Joh.Geradtsweg naar Simon Stevinweg en Snelliuslaan.
Al eerder heb ik hierover een mail gestuurd.

Het was maandagavond 11 juni een emotionole bijeenkomst. Bewoners van de Johannes Geradtsweg krijgen door die IBP-plannen nog veel meer verkeer langs hun huis en de wijk Hilversum-noord wordt moeilijk bereikbaar voor alle bewoners en bedrijven die hier zitten.

A.s. maandag 18 juni wordt dit IBP-deelplan behandeld in de commissievergadering: commissie Verkeer en Buurt. Daarom nog maar een keer een beschrijving wat het voor gevolgen heeft als het IBP-plan wordt doorgevoerd.

Natuurlijk heb ik er begrip voor dat het gemeentebestuur oplossingen zoekt voor het toenemende verkeer in Hilversum en dan vooral met het oog op de toekomst. Echter, het plan dat er nu ligt, hinkt op twee gedachten, mijns inziens. Er moet een betere doorstroming komen op de buitenring en dat denkt u dan op te lossen door meer wegen af te sluiten voor afslaand verkeer, waardoor juist méér verkeer op de buitenring komt en de doorstroming dus slechter wordt.

Een voorbeeld: als ik straks met mijn auto vanaf het viaduct komend linksaf wil slaan de Snelliuslaan omdat ik ongeveer op de hoek Snelliuslaan/Berlagelaan woon, kan dat niet meer. Ik moet op de Joh.Geradtsweg blijven rijden waar ik in de stilstaande file terecht kom, die bij de huidige daluren al halverwege het plantsoen begint en waarvan de oorzaak ligt bij de stoplichten Jac. van Campenlaan.
Pas aan het eind van het plantsoen kan ik naar links maar moet wachten op de verkeersstroom die vanaf Laren komt. Pas dan kan ik terugrijden op de Joh.Geradtsweg langs het plantsoen en bij de Snelliuslaan rechtsaf de wijk in.
In drukke spits sta je daar zo een kwartier te wachten. Ik moet dus twee keer over de Joh.Geradtsweg terwijl ik er helemaal niet hoef te zijn maar linksaf de Snelliuslaan in moet. Dus zorg ik straks, en velen met mij, als dit onzinnige plan doorgaat, voor verstopping op de Joh.Geradtsweg.

In de huidige situatie kan ik vanaf het viaducht meteen linksaf. Er is voorsorteerruimte voor ongeveer 5 a 6 auto's en eigenlijk geeft dat nooit problemen.
Overigens noemde de heer Wolters dit in de bijeenkomst dat er bij die afslag slechts ruimte zou zijn voor 2 auto's. Hij moest even later wel toegeven dat hij ongelijk had.
Ik vind dat je op zo'n bijeenkomst wel met goeie cijfers en informatie moet komen. Ik vond dit een minachting voor ons als bewoners en gebruikers van die weg.

Ik wil u dringend verzoeken die afslag daar niet te wijzigen. De verkeersoverlast op de Joh. Geradtsweg wordt er groter door.
De huidige situatie werkt goed. Bovendien is de Snelliuslaan Hilversum-noord in een doorgaande weg die naar twee winkelcentra leidt en naar de Noorderbegraafplaats. Dat verkeer moet straks dus ook allemaal die slalom om het plantsoen maken die absoluut niet nodig is. Het is geldwegsmijten en milieuvervuilend.
De rotonde bij het Mediapark heeft ook op het viaduct al voor een betere doorstroming gezorgd. De stoplichten bij de Jac.v.Campenlaan zijn nu het grote probleem.
De Simon Stevinweg kan ook open blijven met de nodige veiligheidsaanpassingen.

De heer Wolters en wethouder Boog kregen in bovengenoemde vergadering geen hand op elkaar voor hun plannen met de Joh.Geradtsweg.
Het is een zeer slecht plan. Verkeerskundigen moeten beter weten. Als je op een weg als de Joh.Geradtsweg meer verkeeer toelaat zal dat de doorstroming niet bevorderen.
Verkeersdeskundige Wolters zegt dat het wel zo is. Het klopt niet. Hoe eerder je je eigen wijk in kunt, hoe beter het voor de buitenring is.
Bovendien zegt hij dat als op dit stuk buitenring de zg voorrangspleintjes niet door zouden gaan, dat van invloed zou zijn op de gehele buitenring.
Dat is natuurlijk grote onzin.
Wolters spreekt over sluipverkeer dat de wijken in gaat, terwijl de gemeente wil dat men zoveel mogelijk de auto's op de zg 50-km wegen wil laten rijden. Dat zou een reden zijn voor deze zg voorrangspleintjes. Dat sluipverkeer valt valt wel mee want ik merk op de Berlagelaan niet dat het verkeer erg is toegenomen.
Bovendien is Noord een vrij rustige wijk en geen wereldstad waar de hele dag door verschrikkelijk veel auto's rijden. Een file aan de Snelliuslaan heb ik nog nooit gezien.

Er is maar één mogelijkheid om het verkeer op de buitenring door te kunnen laten rijden zonder al te veel hindernissen en dat is om zoveel mogelijk afslagen open te laten.
En de files die ook op de Snelliuslaan zullen ontstaan, als er niets gedaan wordt, zoals Verkeerskundige Wolters beweert, zullen heus niet lang zijn.

Het blijkt ook nu al dat je ook best kunt oversteken. De auto's op de Joh.Geradtsweg die praktisch stilstaan vanwege de stoplichten, laten je altijd door als je recht moet oversteken (van Snelliuslaan noord naar zuid en andersom) en dat doen ze ook met fietsers die moeten oversteken.
Kortom: Laat de afslagen open. Maak goeie zebra-oversteekplaatsen. Dat dwingt auto's ook om rustiger aan te doen.
Kijk wel wat je met fiets/voetgangersoversteekplaatsen veiliger kunt maken maar sluit GEEN wegen af.

Ik wil de gemeente dan ook dringend verzoeken naar de "echte verkeerskundigen", mensen die dagelijks op die weg rijden te luisteren.
U weet net als ik dat sinds er overal afslagen afgesloten zijn, de Diependaalselaan bv veel drukker is geworden.
Laten we de pijn van het drukke verkeer verdelen en dus niet alles over één weg.

En dan nog dit:
Een straat met tweerichtingsverkeer noopt tot langzamer en voorzichtiger rijden. Op een weg/straat met éénrichtingsverkeer wordt harder gereden. Bovendien zijn automobilisten soms ten einde raad door al dat omrijden, dat het te vaak gebeurt dat men dan toch maar in de verboden rijrichting een straat in gaat. Ik zie het vaak gebeuren. En dat is pas echt gevaarlijk, zeker voor fietsers.
Een straat met éénrichtingsverkeer haalt een deel van de verantwoordelijkheid van de automobist weg. Het is immers zo geregeld dat ze lekker door kunnen rijden!

U heeft een paar weken geleden toch ook het rapport gelezen waarin staat dat het aantal dodelijke ongelukken met auto's is verminderd de laatste jaren, maar dat er meer fietsers zijn verongelukt. Waar denkt u dat dan van komt?
Het is niet veiliger geworden voor fietsers op straat. Je weet niet waar je aan toe bent.

Ik hoop dat u bovenstaande informatie meeneemt in uw afwegingen ten opzichte van het IBP.
Zoals u ziet is een kopie van deze mail ook naar de bewonersvereniging Joh. Geradtsweg gegaan.

Met vriendelijke groet,

mw. G. ten Caat

donderdag 14 juni 2007

Inspraak avonden een farce, een analyse.

De inspraak avonden waren een farce.

De plannen zijn zoals verwacht slechts op enkele kleine details aangepast.
De aanpassingen zijn:
  1. Een inritconstructie voor de Snellius laan. Prima, zijn we allemaal voor, maar dat kan ook zonder de rest van het IBP project aldaar uitgevoerd worden.
  2. Parkeren onder de bomen blijft. Pardon, dit is geen aanpassing. Dit is gewoon terugdraaien van een plan, het was er even en nu is het er niet meer. Ook dit vinden we prima, want het voorstel in het IBP project was zeer onveilig (instappen en uitstappen) en verkeerstechnisch vrijwel niet uitvoerbaar.
De zgn keuze uit de varianten (mbt Den Uyl plein en Floris Vos straat) waren natuurlijk een vooropgezet plan om de schijn te wekken dat de bewoner met de inspraak invloed konden uitoefenen op de planvorming. Ook hier was er sprake van een slecht plan en een zeer slecht plan. De keuze voorzover daar sprake van kan zijn, is dan eenvoudig gemaakt.

De belangrijkste bezwaren van de bewoners over met name het Den Uyl plein, de Floris Vos straat, de Simon Stevin weg en het Dudok plantsoen zijn door de gemeente aangehoord en zonder reden terzijde geschoven.

Het zijn vooral nu in deze details dat we ons zeer onheus bejegend voelen. Hier had de gemeente veel meer aan kunnen doen, zonder de capaciteits perikelen uit het oog te verliezen.
Eigenlijk kan ons inziens de gemeente de deelprojecten tussen Insulinde laan en Den Uyl plein beter NIET UITVOEREN en het geld in de zak houden. De regelkranen (de intelligente stoplichten) op het Den Uyl plein, van Campenlaan en Insulindelaan garanderen strak immers de vrije doorstroming. De files worden volgens de gemeente hierdoor gegarandeerd buiten de stad gehouden. De andere kruisingen (Snelliuslaan, Simon stevinweg, FlorisVos straat) zijn allemaal voorrangskruisingen en beletten het doorgaande verkeer niet.

Hou overigens de rotonde op het Den Uyl gewoon nog even als rotonde intakt met een extra uitvoegstrook zoals in het IBP voorgesteld naar de Johannes Geradtsweg. Dan zul je zien dat je je maximale vul capaciteit op de Johannes Geradtsweg al bereikt, zonder dat je de rest tot een asfaltvlakte omschoffelt. Het doortrekken van de ventweg is natuurlijk een goed plannetje, dat ook zonder het IBP uitgevoerd kan worden. Dit vergroot de verkeersveiligheid en verfraait de rommelige aanblik van dit deel van de Larenseweg.

De voorgestelde platgeslagen rotonde (het Dudok plantsoen), de geblokeerde kruising Simon Stevinweg en het Jing Jang pleintje bij de Floris Vos straat genereren straks 2800 extra autobewegingen INEENS, (dwz direkt na de uitvoering van het project en dus niet geleidelijk) in de straat, bovenop de 24000 nu. Zeer waarschijnlijk ook nog eens in de piektijden, zodat de capaciteit dan direkt weer onvoldoende blijkt te zijn. De gemeente heeft hier geen goed antwoord op en heeft volgens ons met name de verkeersdrukte in de piekuren onvoldoende geanalyseerd. Ook genereren deze blokkades onvoorzien sluipverkeer door de woonwijken, waardoor daar de verkeers overlast wordt vergroot en de wijken onveiliger worden.

Vragen over getallen en berekeningen blijven onbeantwoord.
Opmerkingen over veiligheid, sluipverkeer, extra kilometers omrijden voor de bewoners, vervuiling en verminking van het stadsgezicht worden door de gemeente aan de laars gelapt.

Daarnaast introduceert de gemeent in haar rondschrijven ineens een keurslijf voor aanpassingen, 4 criteria, waaraan wijzigingen worden getoetst.
De eerste:
Er moet een UNANIEM draagvlak zijn bij de 4 betrokken partijen (de gemeenten: Laren, Hilversum, Bussum, de provincie, TCN en Rijkswaterstaat ) voor wijzigingsvoorstellen.
De vijfde partij: DE BEWONERS worden hierbij over het hoofd gezien en waar je zou verwachten dat de gemeente hun belangen zou behartigen, praten de bewoners tegen dovemans oren.

De tweede:
De wijzigingsvoorstellen moeten minimaal hetzelfde verkeerskundige effect (doorstroming en verkeersveiligheid) hebben.

Wij dagen de gemeente uit om het verkeerskundige effect in de piekuren getalsmatig te onderbouwen. Niet vanuit een model, gevoed met oude niet secure gegevens, maar vanuit de realiteit van de metingen van vandaag de dag. De door ons voorgestelde alternatieven op micro nivo: geen geblokkeerde kruisingen, geen jing jang pleintjes en platgeslagen rotondes, zijn door de gemeente getalsmatig niet beantwoord.
In een groter kader zijn ook andere alternatieven aangedragen, zoals Park en Ride, Park en Bike, Tolpoorten en stimuleren openbaar vervoer, weren van het vrachtverkeer en her introductie van de Gooise Moordenaar (Lightrail voor het hele Gooi) zijn alternatieven die de visie van de gemeente ver boven de pet schijnen te gaan.
Daarnaast wordt in dit punt van verkeerskundig effect de milieu consequenties niet meegewogen. Dit is een grove omissie in de criteria waarop getoetst wordt.

De derde:
Het wijzigingsvoorstel mag het de verkeersproblematiek niet substantieel verschuiven naar een ander plangebied.
Wij zijn van mening dat wanneer je daadwerkelijk meer autoverkeer de stad in of door wil hebben, de Johannes Geradtsweg dit niet kan verwerken. In zijn huidige vorm niet en in de straks door het IBP verminkte vorm zeer zeker niet. Als de gemeente dan echt meer auto's wil verwerken, dan moeten andere straten opengesteld of aangelegd worden. Zo eenvoudig is het. Vol is vol.

De vierde:
Het wijzigingsvoorstel moet binnen de beschikbare randvoorwaarden blijven, zoals budget per kruispunt.
Budgetwise gaan we met de alternatieven op micronivo minder uitgeven. Wat betreft de alternatieven waar visie een vereiste is, liggen de budgetten op provinciaal en rijksnivo voor het grijpen, maar dan moet die visie wel uitgedragen worden.